Een van de meest veel voorkomende tandwalvissoorten in onze Noordzee is de bruinvis. Bruinvissen zijn nogal verlegen en houden zich liever op een afstand. De naam van de bruinvis is een tikkeltje verwarrend, want het dier is beslist geen vis en is al helemaal niet bruin van kleur. In de middeleeuwen werd de bruinvis zelfs met een nog vreemdere naam aangeduid; een 'water- of een zeevarken'. In sommige landen wordt deze vis zelfs nog steeds aangeduid als een 'zeevarken'. Vanwaar die nogal vreemde benaming vraag je je misschien af? Het gaat hier tenslotte om een walvissoort en niet om een bruin varken.
We leggen het even uit...
© Kevin Knowles / Flickr
Het verhaal gaat dat men in de middeleeuwen de bruinvis een 'puffende varken' noemde vanwege zijn robuuste uiterlijk en vanwege het geluid dat hij produceerde wanneer hij ademde door zijn spuitgat. Dit zorgde voor een opvallend geluid dat veel weg had van het stemgeluid van een varken. Ben je nieuwsgierig geraakt naar bruinvissen na het lezen van dit artikel, dan kun je bruinvissen ook zien in het Dolfinarium!
Bouw
De bruinvis, Phocoena phocoena, is de kleinste tandwalvissoort van de Noordzee. Bruinvissen vormen een eigen familie onder de tandwalvissen, genaamd Phocoenidae.
Er zijn in totaal 4 soorten bruinvissen, P.p. phocoena in de Noord-Atlantische Oceaan; P.p. vomerina in de oosterlijke noordelijke Stille Oceaan, P.p. relicta in de Zwarte Zee en een nog niet nader genoemde ondersoort subspecies in de westerlijke noordelijke Stille Oceaan.
7. Staartvin
De staarvin van de bruinvis is niet groot en wordt gebruikt om mee vooruit te komen in het water. Stevige spieren in de staart geven deze de noodzakelijke kracht1. Mond
Bruinvissen hebben spatelvormige tanden.5. Lichaam
Bruinvissen hebben een dikke speklaag om ze te beschermen tegen de koude elementen3. Spuitgat
De spuitgat aan de bovenkant van de kop van de bruinvis heeft twee openingen6. Rugvin
De rugvin van de bruinvis is klein en zit redelijk ver naar achteren en is noodzakelijk voor de koersvastigheid4. Borstvinnen
De borstvinnen zijn in wezen het stuur van de bruinvis. Hiermee kan hij, samen met de stuwende kracht van zijn staart, alle kanten mee op draaien in het water2. Ogen
Bruinvissen zijn mogelijk kleurenblind.- De bruinvis mag wel veel weg hebben van een dolfijn, maar er zijn wel degelijk verschillen tussen de twee soorten, naast het feit dat de één een dolfijn is en de ander toch echt een (kleine) walvis is. Neem bijvoorbeeld de tanden van een bruinvis. In de onder- en de bovenkaak bevinden zich 16 - 28 stuks, die de vorm van een spatel hebben. Dolfijnen aan de andere kant hebben kegelvormige tanden die uitlopen in een scherpe punt. Een bruinvis heeft verder een korte, stompe kop en neus terwijl een dolfijn juist een langere, puntiger neus heeft. De bruinvis heeft bovendien een kin en donkere lippen. De mond lijkt wel een doorlopende glimlach te hebben omdat de mondhoeken omhoog staan.
- De ogen van een bruinvis zijn naar verhouding aan de kleine kant. Ze kunnen echter heel goed zien onder water en ze hebben een breder zicht, omdat hun ogen zich aan de zijkant van het hoofd bevinden en niet aan de voorkant. Hierdoor kunnen ze alles wat voor zich en naast zich bevindt zien. De lens en pupil passen zich aan wanneer ze boven het water uitstijgen om zo hun zicht aan te passen aan het fellere licht. Men vermoedt dat bruinvissen kleurenblind zijn.
- Het spuitgat van de bruinvis is gesitueerd bovenop het hoofd en bestaat uit twee openingen. Bruinvissen gebruiken hun spuitgat om mee te ademen.
- De vinnen van de bruinvis zijn niet groot en iets gerond.
- Bruinvissen, maar ook ander zeedieren met een donker uiterlijk, werden in de middeleeuwen 'bruin' genoemd omdat alles wat in zee leefde en een donkere kleur had vanzelfsprekend met 'bruin' werd bestempeld. Dit geldt ook voor zijn naam 'bruinvis'. De bruinvis zwom in zee en was dus een vis. Natuurlijk weten wij tegenwoordig beter, maar in die tijd was de kennis van vissen, walvissen, haaien en vele andere zeedieren minimaal. Nu weten we dat bruinvissen een vrij donkere zwartbruine rug hebben. Hun flanken zijn licht van kleur en hun buik is wit. De donkere rugkleur loopt geleidelijk over naar wit en kan egaal zijn of juist bevlekt. Het lichaam van de bruinvis is niet groot, ze worden hooguit 1,9 meter lang met een maximaal gewicht van 76 kilo. Ze hebben daarentegen een nogal fors gebouwd lichaam dat taps toeloopt naar de staart en een nek die niet wendbaar is. Bruinvissen hebben, net als veel andere zeedieren die in koude gebieden voorkomen, een dikke vetlaag om hen te beschermen tegen de soms extreemkoude elementen. Hoe dieper het water, hoe kouder het wordt en de vet blubber vormt een isolatielaag op hun lichaam. Daarnaast zorgt de blubber voor extra energie wanneer er minder voedsel beschikbaar is.
- De rugvin van een bruinvis is klein en driehoekig van vorm. Het is breed, loopt taps toe en iets gebogen. De rugvin bevindt zich niet midden op zijn rug, maar is gesitueerd net iets meer richting de staart. Het helpt de bruinvis om koers te houden en recht vooruit te zwemmen.
- De staart is niet groot en heeft een ietwat gebogen ronding. De staart is net een soort motor. Door ermee op en neer te bewegen kan de bruinvis vooruit komen in het water.
Voeding
Bruinvissen zijn echte viseters, dit kun je ook zien aan hun gebit. Ze eten allerlei soorten vis, zoals haring, makreel, platvis, wijting, sprot, grondel en zandspiering. Daarnaast zijn ze ook dol op een lekkere pijlinktvis en zullen ze die direct pakken wanneer de kans zich voordoet. Ze moeten goed en veel eten, minstens zo'n 5 kilo per dag, omdat ze een vrij snelle spijsvertering hebben. Dit houdt in dat ze minstens 10% van hun lichaamsgewicht per dag tot zich moeten nemen om aan hun dagelijkse kost tegemoet te komen, maar dat gaat ze redelijk goed af. Dit zijn 'topvissers' onder de zoogdieren daar ze snel vis kunnen vangen. Ze kunnen gemiddeld 200 meter duiken en moeten na 5 minuten weer omhoog komen om te ademen. Bruinvissen gebruiken sonar om naar vissen te zoeken in het water. In feite zenden ze geluidssignalen uit en wachten op een echo. De Waddenvereniging heeft hier een heel mooi en zeer uitgebreid artikel over geschreven. Klik hier om er naar toe te gaan.
Leefomgeving
Wanneer bruinvissen zich aan de kust bevinden verblijven ze liever wat dichter bij de bodem, maar wanneer ze zich in dieper water bevinden zoeken ze een gemiddelde diepte op. Dit heeft alles te maken met de temperatuur van het water dat niet hoger mag zijn dan 17 graden. Bruinvissen zijn de meest voorkomende walvissoort in onze Noordzee en daar wordt hij ook regelmatig gespot. Verder komt hij voor in het Noordelijk halfrond rond IJsland, de Noord-Atlantische Oceaan, de Zwarte Zee en de Noordelijk Stille Oceaan. Vroeger trof je ze aan in de Zuiderzee, maar sinds er geen ansjovis meer zit komen ze daar niet meer. Ze zijn echter wel volop aanwezig in de Waddenzee. Ze verblijven op meestal 10 km vanaf de kustlijn. Een enkele keer is een bruinvis ook aangetroffen in een rivier.
Bruinvissen zijn een van de weinige zoogdieren waarvan bekend is dat ze honderden kilometers vanaf de kust in het binnenland zijn aangetroffen. Vroeger werden ze zelfs gespot in de grachten van Amsterdam. Bruinvissen zijn tevens gezien in Keulen en Maastricht. Er zijn tegenwoordig nog circa 700.000 bruinvissen.
Voortplanting
Vanaf dat ze 3 - 4 jaar oud zijn kunnen vrouwelijke bruinvissen zwanger raken. Ze zijn niet monogaan en paren met meerdere mannetjes tegelijk om vervolgens om het jaar een kalfje te baren. De paringstijd van bruinvissen is vanaf mei tot begin augustus. Zwangerschappen duren ongeveer 10 - 11 maanden waarna het kalfje in de vroege zomer wordt geboren. Kalfjes zijn gemiddeld 70 - 90 centimeter lang bij de geboorte en wegen tussen de 6,4 - 10 kilo. Vrouwelijke bruinvissen kunnen tegelijk zwanger zijn en borstvoeding geven aan een kalfje. Kalfjes worden 8 maanden lang gezoogd.
Bruinvissen worden niet erg oud. Hun levensverwachting ligt tussen de 8 - 10 jaar.
{music}images/Zeedieren/Bruinvis{/music}
Natuurlijke vijanden
Ook bruinvissen hebben natuurlijke vijanden. Ze staan op het menu van haaien, orka's, grijze zeehonden en zelfs dolfijnen.
Relatie tot de mens
Bruinvissen zijn erg verlegen en schuw. Hierdoor is het erg moeilijk om informatie over hen in te winnen. Wat we wel weten is dat er vroeger op ze werd gejaagd voor hun vlees dat als delicatesse werd gezien door de gefortuneerden. Bruinvissen zijn ook slachtoffer van vissersnetten. Aantallen worden ook ernstig bedreigd door vervuiling van het water en door uitbreiding van het infrastructuur.
Bronnen:
- SOS Dolfijn
- Ecomare
- Zoogdierenvereniging
- Natuurinformatie
- Waddenvereniging
- WDC Whale and Dolphin Conservation
- Oceanwide Expeditions
- Coastal Ocean Research Institute Canada - Wild Whales
- Hebridean Whale and Dolphin Trust